PAARSE KROKODIL

Vorige maand heb ik het meegemaakt: ik was mijn paarse krokodil kwijt. Je weet wel, zo’n opblaasbare. Ik zag hem staan, net als in de reclame van een aantal jaren geleden: een meisje ziet haar verloren gewaande paarse krokodil staan achter de balie, maar om hem terug te krijgen moet haar moeder eerst een formulier invullen. En dan blijkt dat zij dat formulier pas de volgende dag tussen 9 en 10 uur kan inleveren. Dat spotje maakte me toen aan het lachen: zó herkenbaar. Typisch Nederland met al haar regeltjes en formuliertjes.

Hier in China zijn ook paarse krokodillen die kwijt kunnen raken. En de mijne had de gedaante aangenomen van de internetverbinding. Opeens was ik mijn digitale lijntje kwijt. Toch was ik niet geschrokken. Norman kon het wel maken. Norman kan alles maken. Met een glimlach op mijn gezicht draaide ik zijn nummer. Ik moest denken aan mijn jongste zoon, die als 3-jarige nooit verdrietig was als iets stuk ging. Zelfs bij een koekje dat gebroken op de grond lag riep hij: “Opa maken!” Ik wist niet dat ik zoveel op hem lijk. Maar Norman nam niet op: het was Moon Festival, een vrije dag in China. Gelukkig zag ik op het SOS-kaartje van ons internetbedrijf dat ze 24-uur per dag bereikbaar waren, zelfs op de nationale feestdagen. Het nummer was snel gebeld en een Chinese mevrouw op een bandje vertelde mij een heel verhaal. In het Chinees, wel te verstaan. Vertwijfeld stond ik met de hoorn in mijn hand. Lang duurde dit niet, want mijn zoon schreeuwde: ”Is-tie weer gemaakt?“ Geïrriteerd antwoordde ik dat ik dan eerst Chinees moest leren om het bandje te verstaan. Maar hij liet zich niet zo gemakkelijk uit het veld slaan en zei dat híj het misschien wel zou kunnen begrijpen. Mijn irritatie maakte plaats voor vertedering: “Ach, had ik maar 1% van zijn zelfoverschatting, dan zag het leven er een stuk gemakkelijker uit”. Met zijn vier weken Chinese les luisterde mijn zoon naar het bandje. “Mam, ze tellen: yi, er, san,…., ba, en nu zijn ze bij 8! Ik luisterde mee en hoorde nog net dat de Chinese mevrouw zei: “For English-speaking press 9”. Verbaasd over zoveel onlogica om deze optie aan het einde te zetten, maar trots op mijn zoon, toetste ik de 9 in.

En toen ging het snel. Een Chinese engels-sprekende mijnheer vroeg mij om een internetnummer, hetgeen ik natuurlijk niet paraat had. Ik wist niet eens dát we een internetnummer hadden, dus vertelde ik hem dat ik dit ging zoeken. Uiteindelijk vond ik een groen pasje met ADSL in grote letters erop. Het kon niet missen. Blij belde ik terug, en drukte direct de 9 in. Maar zo werkt het niet in China: ik moest netjes wachten tot ik alle acht keuzes in het Chinees had beluisterd en mocht toen pas de 9 intoetsen. Ik werd verbonden met een andere mijnheer, die mij vertelde dat hij niet het nummer op de ADSL-pas nodig had, maar het telefoonnummer waarmee ik belde. Dat was niet moeilijk en per ommegaande noemde ik de tien cijfers van onze huistelefoon op. “No, that’s the number of your Residence Beijing Riviera, I need your personal number”, kreeg ik vervolgens te horen. En hoe ik hem ook verzekerde dat ik niet via de telefoon van onze Residence belde en dat dit echt ons eigen nummer was, hij bleef vragen om mijn ‘personal number’. Zijn stem leek veranderd in een bandje, en ik hing verslagen op.

Natuurlijk, ik moest gewoon de Residence Office bellen. Ook zij zijn 24 uur per dag bereikbaar. Na mijn verhaal was het heel lang stil aan de andere kant van de lijn. “Please, a moment”. Toen kwam er een andere stem die mij vertelde dat zij geen contract hebben met het internetbedrijf, dus hier niets aan konden doen. Met deze informatie belde ik weer het internetbedrijf. De mevrouw op het bandje ging weer geduldig alle opties af, mijn verwensingen ten spijt. Na het intoetsen van de 9 kreeg ik opeens te horen: “Your call will be answered by service-agent 21003”. Ik kreeg ter plekke associaties met de FBI die mij getraceerd hadden vanwege mijn frequent telefoonverkeer met eenzelfde nummer. Zou ik nu een rode vlag in mijn dossier krijgen vanwege stalking? Maar agent 21003 klonk heel aardig en vroeg mij om mijn telefoonnummer. Ik zou teruggebeld worden, zodra er meer duidelijkheid was.

Maar het bleef stil. De volgende ochtend hield ik het niet meer uit en belde ik opnieuw. Nu kreeg ik service-agent 20400 aan de lijn. Een ander nummer, een ander verhaal. Hij wist mij te vertellen dat er werkzaamheden waren aan de kabel en dat veel mensen nu zonder verbinding zaten. Ik moest gewoon geduld hebben. Maar mijn geduld duurde niet langer dan drie uur en weer belde ik. Nu kreeg ik nummer 10024 aan de lijn. Het lukte nog net om niet uit mijn vel te springen en rustig te vragen wanneer mijn huis aan de beurt zou zijn. En toen hij zei dat mijn telefoonnummer toebehoorde aan de Residence Office zag ik opeens die paarse krokodil voor me. Eindelijk snapte ik het: ik werd van het kastje naar de muur gestuurd! Naar de Chinese Muur wel te verstaan. Bíjna had ik het niet herkend, met de kastjes vermomd als service-agenten en de muren als doorkiesnummers.

Ik weet niet hoe het in Nederland meestal afloopt met die paarse krokodillen. Maar hier had ik één uur later de mijne terug. Zoals dat alleen in China kan gaan: voor elke klus een mannetje. Ik had namelijk weer de Residence Office gebeld, maar nu met de vraag of de ‘Professor van het internet’ kon komen. Geen idee wie dat was, maar wat ik wel wist is dat Chinezen er een specialist bij roepen als ze er zelf niet uit komen. En die specialist wordt dan steevast ‘Professor’ genoemd. Dus gokte ik erop dat dit mij zou kunnen helpen om uit de wirwar van kastjes en muren te komen. En zowaar; nog geen uur later stond mijnheer Dong op de stoep. Met verstand van zaken en blik op mijn modem ging hij aan de slag. Twee telefoontjes en drie nummers waren voor hem genoeg om ons weer aan te sluiten. Onze vreugde was groot, maar zijn verbazing daarover nog groter. Beduusd door alle bedankjes van drie uitzinnige Nederlanders reed hij na afloop iets te trots op zijn scooter weg. Hij voelde zich vast de held van het slagveld, door ons uitgezwaaid alsof hij een leven had gered. Maar voor ons was hij ook de held. De held die onze paarse krokodil wist te bevrijden.